Ga direct naar de content

Leraren voortgezet onderwijs vaak ondergewaardeerd

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 21 2018

■ Cindy Biesenbeek (SEO Economisch Onderzoek)

Verdient een leraar in het voortgezet onderwijs meer of juist minder dan een vergelijkbare werknemer gemiddeld in de marktsector verdient? Dat hangt af van welk vak deze leraar geeft, en of hij of zij een eerste- of tweedegraads lesbevoegdheid heeft. Het bruto-uurloon van eerstegraadsleraren in bètavakken was in 2016 gemiddeld 8,5 procent lager dan dat van vergelijkbare werknemers in de marktsector, en dat van tweedegraadsleraren gammavakken juist 8,7 procent hoger.

Het bruto-uurloon is berekend door het totale brutoloon waarover een werknemer loonbelasting betaalt te delen door het geregistreerde aantal gewerkte uren. Eventuele bonussen, toeslagen en vakantiegeld zijn bij dit brutoloon inbegrepen. Vervolgens is voor elke werknemer in het voortgezet onderwijs de meest vergelijkbare werknemer in de marktsector gezocht, gebaseerd op kenmerken als leeftijd, geslacht, opleidingsniveau, beroepsniveau, woonregio en of een werknemer voltijd of deeltijd werkt. Ten slotte is voor elke leraar het bruto-uurloon vergeleken met dat van de meest vergelijkbare werknemer in de marktsector. Uit deze loon­vergelijking blijkt dat het gemiddelde bruto-uurloon van alle leraren in het voortgezet onderwijs in 2016 ongeveer 0,6 procent lager was dan dat van vergelijkbare werknemers in de marktsector.

Per vak en graad zijn de loonverschillen ten opzichte van de marktsector groter. Van de leraren Engels, overige talen en gammavakken verdienen eerstegraadsleraren gemiddeld minder en tweedegraadsleraren meer dan vergelijkbare werknemers in de marktsector. Zowel eerste- als tweedegraadsleraren in bètavakken en Nederlands hebben een lager gemiddeld bruto-uurloon in vergelijking met de marktsector. Bij bètavakken is dit loonverschil het grootste: −8,5 procent voor eerstegraads- en −5,5 procent voor tweedegraadsleraren. Dat komt doordat bètaopgeleide werknemers in het bedrijfsleven gemiddeld een hoger loon hebben dan bijvoorbeeld werknemers met een bachelor gammavakken. In het voortgezet onderwijs zijn de loonverschillen tussen leraren kleiner.

Auteur