Ga direct naar de content

Milieubelastingen in Europa

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 1 2002

Milieubelastingen in Europa
Aute ur(s ):
Boer, R. de (auteur)
Deze rub riek wordt periodiek verzorgd door het ministerie van Financiën.
Ve rs che ne n in:
ESB, 87e jaargang, nr. 4381, pagina 793, 1 november 2002 (datum)
Rubrie k :
EU-Monitor
Tre fw oord(e n):
milieu

Milieubelasting staat de komende tijd hoog op de agenda in Europa. Een nieuwe richtlijn op dit gebied is in de maak.
Milieubelastingen staan deze maanden hoog op de agenda van de Europese ministers van Financiën. Voor het einde van het jaar moeten
zij in de Ecofin-Raad besluiten over de totstandkoming van een Europese richtlijn inzake energiebelastingen. De belangrijkste
onderdelen van deze richtlijn zijn een verhoging van de tarieven op minerale oliën, de introductie van een belasting op aardgas,
elektriciteit en kolen en de invoering van een minimumtarief voor deze belastingen.
De ratio voor Europese coördinatie van de energiebelastingen is drieledig:
» het bereiken van milieudoelstellingen;
» het tegengegaan van concurrentieverstoringen binnen de eu door verschillen in belastingheffing;
» verschuiving van belastingheffing op arbeid naar milieubelasting.
Over de ontwerp-richtlijn wordt nog onderhandeld door de lidstaten. Wat de invloed zal zijn van de invoering van de richtlijn
energiebelasting op de opbrengsten van milieubelastingen als percentage van de totale belasting-opbrengst en de onderlinge verschillen
tussen lidstaten, is nog onduidelijk. Aan de vooravond van de totstandkoming van de richtlijn worden hier de statistieken van het
recente verleden kort in herinnering geroepen.
Ontwikkelingen van 1980 tot en met 1999
Milieubelastingen zouden gedefinieerd kunnen worden als de overkoepelende term voor alle heffingen, rechten en belastingen die van
bijzondere invloed zijn op het milieubeïnvloedende gedrag van belastingbetalers. figuur 1 laat zien dat transportbelastingen en
energiebelastingen door de jaren een betrekkelijk constant aandeel hebben gehad in de totale belastingopbrengst van de eu (in 1999
respectievelijk 1,38 en 5,17 procent). Onder de energiebelastingen vallen niet alleen belastingen die om milieuredenen zijn ingevoerd,
maar ook meer traditionele belastingen als brandstofaccijnzen. Als voorbeeld van een belasting die om milieuredenen is ingevoerd, kan
de Nederlandse regulerende energiebelasting worden genoemd. Transportbelasting is elke belasting die de aanschaf, de eigendom en het
gebruik van voertuigen belast. Als percentage van het totaal aan de opbrengst van belastingen en premies stijgt het aandeel van
milieubelasting van 5,84 procent in 1980 tot 6,82 procent in 1999, nadat dit percentage in de jaren tachtig min of meer constant bleef en in
de eerste helft van de jaren negentig licht steeg. In 1980 bedroegen milieubelastingen als percentage van het bbp in de eu 2,24 procent, in
1997 was dat 2,84 procent. Dezelfde cijfers geven te zien dat ook het totaal van belasting en premies als percentage van het bbp toeneemt
van ruim 38 procent in 1980 tot ruim 42 procent in 1999. Belastingen zijn in de eu in de afgelopen twee decennia geleidelijk aan een steeds
groter gedeelte van het bbp gaan beslaan. Deze tendens in het algemene fiscale beleid van de lidstaten geldt ook voor milieubelastingen.
De lichte toename van het aandeel van milieubelastingen in de totale belastingopbrengst geldt voor de meeste lidstaten. In 1999 levert
dat per lidstaat het beeld op zoals weergegeven in figuur 2.

Figuur 1.Opbrengsten van milieubelastingen in de huidige vijftien EU-lidstaten als percentage van de totale opbrengst van

belastingen en premies,1980-1999

Figuur 2. Opbrengsten van milieubelastingen als percentage van de totale opbrengst van belastingen en premies in 1999
figuur 2 toont aan dat Nederland in 1999 samen met Denemarken, Portugal en Ierland tot de top vier behoorde als het gaat om het
aandeel van milieubelastingen in de totale belastingopbrengst. In deze vier landen varieert dit percentage tussen de negen en de tien
procent. In alle lidstaten wordt het aandeel van de milieubelasting voor meer dan de helft bepaald door energiebelastingen. Sinds dat jaar
is de groei van het aandeel groene belastingen in een aantal landen verder gegaan. Een goed voorbeeld hiervan is Duitsland, waar in
1999 een vergroeningsoperatie binnen de fiscaliteit werd gestart met de invoering van de zogenaamde ‘Ökosteuer’. Deze operatie loopt
door tot 2003 en houdt in de verhoging van accijnzen op motorbrandstoffen en de invoering, onder het geleidelijk verhogen van het
tarief, van een nieuwe belasting op elektriteit.

Copyright © 2002 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteur