Ga direct naar de content

Na vier jaar

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: januari 26 2000

Na vier jaar
Aute ur(s ):
Keuzenkamp, H.A. (auteur)
Hoogleraar toegepaste economie aan de UvA en algemeen directeur van de Stichting voor Economisch Onderzoek.
Ve rs che ne n in:
ESB, 85e jaargang, nr. 4240, pagina 63, 28 januari 2000 (datum)
Rubrie k :
Prikkel
Tre fw oord(e n):

De aankondiging van mijn vertrek bij ESB leidde tot opmerkelijke reacties. Naast verbazing dat ik mij hield aan de afspraak om na
vier jaar weer wat anders te gaan doen, was er vooral de verwachting van een spetterend afscheidsstuk, waarin ik definitief zou
afrekenen met mevrouw Borst, de laatste slag zou toedienen aan incompetente bestuurders van de sociale zekerheid, gehakt zou
maken van de landbouwsubsidies en liefst ook een boekje open zou doen over enkele onmogelijke Nederlandse economen.
Het zij u alles niet gegund.
In plaats daarvan geef ik mijn ‘ter verantwoording’. Toen ik in april 1996 bij ESB kwam, ging het niet florissant met het blad. Er was zelfs
discussie geweest over het onderbrengen van ESB bij een ‘echte’ uitgever. Omdat het NEI het blad als familiezilver koesterde was het
nooit zover gekomen. En zo kreeg ik het verzoek een strategie voor een betere toekomst van het blad te ontwikkelen, en bovendien het
productieproces, dat te wensen overliet, te verbeteren.
De afgelopen vier jaren overziend, denk ik dat er veel gerealiseerd is. ESB staat er (onder meer dankzij de trouw van de lezers – ofwel een
geringe prijselasticiteit) financieel sterk voor. De tijd die genomen wordt om aangeboden kopij af te handelen is aanzienlijk bekort, en de
drukker krijgt zijn materiaal (meestal) op tijd geleverd. Een abonnement op ESB nemen blijkt zonder complicaties te kunnen sinds het
abonnementenbeheer is overgeheveld naar het bedrijf Molier. Bovendien ziet het blad er wat frisser uit en is de inhoud uitdagender
geworden.
Zonder conflicten is dat allemaal niet gegaan; ook is er nog veel te doen. De interne conflicten – die inherent zijn aan
veranderingsprocessen – zal ik de lezer besparen. Een verantwoording is een afrekening noch een biecht. Wel maak ik van de
gelegenheid gebruik om de twee belangrijkste spelers in dit proces, namelijk de redacteuren Eddie Pelle en Teus van Walderveen, te
bedanken. Eddie Pelle voor zijn grote bijdrage aan het op orde krijgen van het productieproces. Bovendien was hij een uitstekend criticus
van mijn soms wat boude stellingen in redactionele bijdragen. Teus van Walderveen dank ik voor zijn creatieve en ondernemende
talenten, die onder meer zichtbaar zijn in de economie databank op cd-rom en de dossiers die sinds enige tijd naast ESB verschijnen.
Daarnaast dank ik Willem Molle, niet alleen voor zijn periodieke vraag “Hugo, hoe staat het met je targets?”, maar vooral voor de
bijbehorende morele ondersteuning.
Ook over externe conflicten zal ik kort zijn: los van een bedreiging door een geflipte auteur die de afwijzing van zijn artikel niet geheel
begreep verliepen die conflicten zakelijk. Wel maak ik gebruik van de mogelijkheid de vele auteurs te complimenteren, soms ook voor hun
incasseringsvermogen voor de eigenwijsheid van esb-redacteuren. Van allen wil ik er één met name noemen, die mijn persoonlijke prijs
van meest gewaardeerde auteur van de afgelopen vier jaar krijgt. Eric van Damme. Mijn jury-rapport ontvangt hij mondeling.
Enkele inhoudelijke conflicten over de strategie zijn wel de moeite van het vermelden waard, omdat ze keuzen verraden. De keuze om ESB
te populariseren bijvoorbeeld – volgens sommige critici is onder mijn regie de debilisering van het blad in gang gezet. Deze kritiek, die
vooral uit de hoek van pure wetenschappers komt, miskent het doel van ESB, namelijk de brug te slaan tussen wetenschap en de praktijk
van economisch beleid in de publieke en private sector. Die brug kan de last van formules, talrijke voetnoten, eindeloze nuance en
zwaarwichtig academisch jargon niet torsen.
Ook de keuze om ESB een sterker bedrijfseconomisch accent te geven is omstreden. Bedrijfseconomie heeft geen sterke reputatie onder
algemeen economen, bovendien bestaan er al andere tijdschriften die zich in bedrijfseconomie specialiseren. Ik meen daarentegen dat
bedrijfseconomie vandaag de dag intellectueel zeer spannend is en voor alle economen veel te bieden heeft. Bovendien biedt ESB een
niche die bestaande tijdschriften nooit bereiken: actualiteit en bereik.
Ook al vertrek ik met een goed gevoel, het is nog verre van perfect. Vlak voor mijn vertrek belde een boze auteur, die mij verweet dat ik
met zijn stuk gesold had. Ik voelde mij net een NS-directeur, toen ik hem stilletjes een vervelende complicatie in de bedrijfsvoering vond,
en besefte dat mijn tijd gekomen was. Het aantal abonnees mag wel wat groeien – ik had het graag zien verdubbelen. De uitstraling van
het blad, met bijvoorbeeld die statistische berichten op dat saaie kaft, is nog altijd wat stoffig – stoffiger dan de inhoud van ESB is. Maar
vooral moeten nog enkele varkentjes in de Nederlandse economie gewassen worden. De gezondheidszorg. De sociale zekerheid. De
landbouw. Mijn opvolgster heeft gelukkig ambitie, dus met deze ‘targets’ voor ESB en de Nederlandse economie wens ik haar en haar
team veel succes.

Copyright © 2000 – 2003 Economisch Statistische Berichten ( www.economie.nl )

Auteur